Nederlandse hulp voor ontheemden en vluchtelingen Afghanistan
In de eerste helft van 2017 heeft een alliantie van Nederlandse hulporganisaties (Dutch Relief Alliance), waaronder Cordaid, 77.000 ontheemde Afghanen geholpen aan huisvesting, voedsel, warmte en schoon drinkwater.
Die hulp was hard nodig. Meer dan één miljoen Afghanen zijn ontheemd door oorlogsgeweld. Gevlucht voor de Taliban of IS. Wat ze hadden, zijn ze kwijt.
Terug naar een land in oorlog
Uit buurlanden Pakistan en Iran keren bovendien honderdduizenden noodgedwongen terug naar hun land. Maar is het wel hun land? Ooit zijn ze gevlucht voor eerder oorlogsgeweld. Soms wel veertig jaar geleden. Nu – opgejaagd en ongewenst als vluchteling in het buitenland – keren ze terug. Terug naar een land in oorlog.
Samen met het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken en zeven andere hulporganisaties staat Cordaid deze extreem kwetsbare vrouwen, mannen en hun kinderen terzijde. Dat doen we met Nederlands belastinggeld, dat wil zeggen: met jouw steun.
Kijk hier naar een video over het werk van de Dutch Relief Alliance in Afghanistan:
Hieronder kun je zien wat jouw steun betekent voor mensen als Farmina, Abdul en Shah Bibi.
1. Abdul Qareem
Toen Rusland Afghanistan binnenviel was Abdul Qareem (40) nog een baby. Zijn vader kwam om en het gezin vluchtte naar Pakistan. Ondanks zijn verlamming door polio, slaagde Abdul erin daar een leven op te bouwen en zijn gezin te onderhouden. Tot de politie hem begon te mishandelen en zelfs arresteerde. Weer moest hij vluchten. Kijk hieronder naar het verhaal van Abdul:
2. Farmina
Farmina (40) staat er alleen voor. Haar man was soldaat bij het Afghaanse leger. Twee keer zorgde zij dat hij vrijkwam uit een Taliban gevangenis. Hun huis werd platgebrand. Vandaag leeft Farmina in een tent met haar vier kinderen. Pal naast een drukke en stoffige weg. Haar man heeft ze al weken niet gezien. Hij verloor zijn baan en raakte verslaafd aan de heroïne. Hun zoontje van zes poetst schoenen in de stad en geeft het geld aan zijn moeder.
3. Sami
Sami Ullah (27) en zijn vrouw Nabha (29) zijn geboren in Pakistan. Hun ouders zijn ooit uit Afghanistan gevlucht vanwege de oorlog. Omdat zij en hun ouders niet geregistreerd staan als vluchteling, begon de politie hen lastig te vallen. Ze werden herhaaldelijk opgepakt. Ze lieten alles achter en gingen naar Afghanistan. Daar wonen ze nu in een tent, op een klein binnenkoertje, dichtbij de Pakistaanse grens. Hun tweede kindje is daar geboren. Om hun met de hand gemaakte spullen te verkopen, trekken ze dagelijks door gevaarlijk IS-gebied. De Dutch Relief Alliance gaf hen een voorraad bloem en olie en ook geld, waarmee Sami de ziekenhuiskosten van zijn moeder kon betalen.
4. Shah Bibi
Shah Bibi (35) woont met zes kinderen – drie van haarzelf en drie van haar schoonbroer – in één grote kamer. Nadat haar man en zijn broer door IS waren vermoord, moest ze vluchten. De eerste wintermaanden verbleven zij en de kinderen in een tent. Met hulp van de Dutch Relief Alliance kan ze én de oudere kinderen naar school sturen, én de huur betalen van een kamer – een stuk veiliger en comfortabeler.
5. Humaira
In het dorp waar Humaira (35) heen is gevlucht noemen ze haar ‘de weduwe’. Maar zelf weet ze niet of ze weduwe is. Haar man is maanden geleden gegijzeld door IS. Ze heeft sindsdien nooit meer iets van hem vernomen. Hun huis is door IS in brand gestoken. Humaira zorgt in haar eentje voor 8 kinderen.
6. Mohammad Gul
Als jonge man vocht Mohammad Gul (76) tegen de Russen die zijn land waren binnengevallen. 12 jaar geleden trok hij met zijn kinderen naar Pakistan, omdat ze in eigen land geen werk meer vonden. ’s Nachts werkte Mohammad als bewaker, overdag als dagloner op de boerenvelden. Tot de Pakistaanse politie hem begon af te persen – om te blijven moesten ze grote bedragen betalen. Dat geld hadden ze niet. Ze keerden gedwongen terug naar Afghanistan. Met financiële steun van de Dutch Relief Alliance kunnen Mohammad, zijn vrouw en hun zoon met zijn gezin een paar maanden de huur betalen van een nette en veilige woning in het dorp Tamirat.
7. Akhtar Zaman
Akhtar Zaman (45) woont al zijn hele leven in tenten. Net als zijn ouders is hij te arm om de huur te betalen van een huis. Nog voor de invasie van de Russen in 1979, vluchtten Akhtar’s ouders naar Pakistan, om aan het geweld te ontsnappen. Akthtar, zijn vrouw Kabul en hun 5 kinderen zijn allemaal in Pakistan geboren. De politie daar heeft ze het land uit gejaagd. Nu woont het gezin op een open stukje land in het dorp Zangayi, net over de grens. Ze hopen dat er geen landeigenaar komt die geld gaat eisen, want dan moeten ze hun tent weer opbreken. Met geld van de Dutch Relief Alliance kopen Akhtar en Kabul voedsel en betalen ze de medische kosten voor hun kinderen.
8. Momin
Momin (26) is een jonge Afghaanse vader. Hij had een winkeltje in Peshawar (Pakistan), de stad waar hij ook geboren is. Maar omdat hij niet officieel geregistreerd stond als vluchteling – zijn ouders zijn indertijd uit Afghanistan gevlucht – zat de politie hem op de hielen. “Ik ben zo vaak opgepakt en geslagen. En ze persten ons af. Elke keer vroegen ze duizenden roepies.”
Blijven was geen optie. Momin en 17 verwanten vonden uiteindelijk een onderkomen in het Afghaanse dorp Qaryai Araban. Ze kregen voedsel van het VN Wereldvoedselprogramma. “Het grootste probleem is werk. Dat vinden wij hier als vreemde nieuwkomers niet”, zegt Momin. Daarom is hij maar wat blij dat hij kan meedoen met het cash for work-programma van de Dutch Relief Alliance. Het is hard werken in de bouw. Het salaris is karig, maar marktconform en voor nieuwkomers een buitenkans. Momin’s inkomen helpt om de huur te betalen. Zo helpt hij ook de rest van zijn uigebreide familie.
STEUN DE PROJECTEN VAN CORDAID
Wij komen op voor mensen in nood. Mensen in diepe armoede, getroffen door onrecht, oorlog, ziekte of natuurrampen. Cordaid biedt noodhulp en zorgt met slimme, blijvende oplossingen voor toekomstperspectief.